Stadsgedachten rondom kerst
Stadsgedachten rondom kerst
PLAATSGEVONDEN
Stadsgedachten rondom kerst in Enschede
Een virtuele wandeling door Enschede, aan de hand van verdichtingen van de verhalen van een aantal bewoners van onze stad, vertel in de kerstnachtdienst van 2007.
PLAATS GEVONDEN
Voor mij was er geen plaats
zeiden ze
toen ik geboren werd
“Geen plaats”
In het Grieks
- de taal van de heersers van die dagen -
ou-topos
ofwel
utopie
Ik ben utopie
voor mij geen plaats
Een utopie is voor ooit
of voor lang geleden
maar vooral niet
hier
of daar
want het kan niet
zeggen ze.
Ik kan niet
voor mij geen plaats
ik ben utopie
zeggen ze.
Hier ben ik!
Van Heekplein
Je mag er je eigen plek innemen
- ik weet wat dat waard is:
Op de fiets schuin oversteken
op weg naar je werk
laten zien dat je er bent.
Of arm in arm wat schuifelend
langs de randen
zonder dat er nog iets moet.
Een kind met zijn moeder op een bankje,
wat kruimels brood en een vlucht duiven.
Toen ik nog thuis komen moest
kwam ik hier elke dag
om de mensen te zien
om er tussen te zijn
om er bij te horen
om me te warmen aan gezelligheid.
Nu ben ik thuis in Enschede.
Het is mijn stad.
Ik hoef geen Amsterdam.
Eigenlijk hoef ik ook de kersttijd niet
Ze voelt wat eenzaam aan.
Maar goed
dat gaat wel weer voorbij.
Het plein dat blijft
met al die mensen
en met mij erbij.
De Jacobus
Ik ben hier getrouwd,
hier zijn mijn kinderen gedoopt,
hun eerste communie, het vormsel.
Koor en koster
alles heb ik hier gedaan
Deze plaats is aandacht
aandacht voor mensen
aandacht voor de vrijwilligers
aandacht voor wie hier komt
aandacht voor elkaar
aandacht voor je geloof.
Deze plaats is ook
het licht dat door de ramen straalt
en zacht de ronde ruimte vult.
Dan voel ik het geborgene
Mijn droom is
dat deze deuren straks echt open gaan
voor wie hier ook maar wil zijn,
gewoon om stil te zijn
even een kaarsje branden
of ‘s avonds een concert.
Ruimte voor rust
temidden van ijsbaan en terrassen
Midden in een bruisende City
een plaats van geborgenheid.
Ei-van-Ko
Verzamelen bij het Ei-van-Ko
Weten dat je niet alleen bent
met je afkeer van het groot geweld.
Jouw eigen stem horen in de stem van een ander:
“Oorlog is geen oplossing!”
Verontwaardiging delen over doden
die om het even gestorven zijn.
Bij elkaar staan.
Elkaar bijstaan.
Om niet verbitterd te raken.
Mensen lopen voorbij en kijken.
Iemand aarzelt even,
blijft dan staan
en voegt zich in de kring.
Het Stadhuis kan niet voorbij
aan wat er wordt gezegd
over de stad
over de wereld.
Het Ei-van-Ko is zijn terras.
Met mensen die elkaar
voor even echt ontmoeten:
“Hé, jij ook hier?”
Stadsgaarde
Hier mag ik wonen
op mijn oude dag
midden in de stad waar ik altijd heb geleefd
op de plaats waar nog geen halve eeuw geleden
zo hard werd gewerkt:
“Van Heek en Co”
Weduwe, maar goed verzorgd,
al twintig jaar nu weer.
We hebben het hier goed samen
in de grote zaal
zo veel leven dragen we met ons
veel weten we van elkaar.
nog veel meer weten we niet.
Mijn gemis ken alleen ik.
Ik mis mijn man,
mijn dochter, mijn schoondochter...
Terug
uit de grote zaal
in mijn eigen kamer
kijken hun gezichten mij aan
Op het tafeltje hun foto’s
met altijd een bloem
soms kunst, als het even kan vers.
Dan huil ik en bid ik
elke avond.
We hebben het hier goed,
samen.
Hier is God
dichtbij.
De Wonne
Mijn kamer heeft een dak en een TV
maar dat is nog geen thuis.
Altijd ben ik onderweg
van hier naar daar
en dan weer verder.
Er is zo veel
waar ik bij weg wil vluchten:
Herinneringen die pijn doen
De dood van mijn vader
De schrik van het kind in mij
Hulpverleners die afspraken maken
De gekte die je niet voor kunt blijven.
Tot casus geworden mens.
Nergens houd ik het lang vol
niet bij mezelf
en niet bij anderen.
Maar altijd onderweg
is er de Wonne
Een plek die mij herkent
Een huis met oren
warmte, vriendelijkheid
“Kom binnen en wees welkom.”
Daar oefen ik
om thuis te komen.
De toren van het gemeentehuis
Soms mag ik
even naar boven
is even deze toren
een plaats
voor mij alleen.
De kleine privileges
als je gekend wordt op ‘t stadhuis...
Hart van de stad die mijn leven is
die zo veel voor mij heeft betekend
de stad die leeft en bruist
maar hier boven is het stil
en overzie ik
mijn gang
mijn leven
Daar het café
waar het allemaal begon
eerst aan de bar
al snel er achter
Daar de Oude Markt
de terrassen
vol mensen
rondom de kerk
Daar het ziekenhuis
waar mijn kinderen werden geboren
Mijn leven
mijn stad
mijn plaats
Sam Sam
Aan een tafeltje
op het terras van Sam-Sam
met het gezicht naar de mensen
op het plein.
Soms in m’n eentje,
soms samsam.
Ik laat de mensen aan me voorbijgaan
zoals gedachten gaan
Totdat het stil wordt in mezelf
en ik een en al genieten ben geworden.
Het kopje koffie en wat lekkers,
een glas vol rust
een beker vriendschap.
Voor me draait het reuzenrad.
Het draait en draait ook zonder mensen.
Naast me zingt het kind
dat met zijn armen zwaait:
“Zo gaat de molen, de molen, de molen..”
En ik doe met hem mee.
Laat maar draaien.
Laat maar waaien.
Muziekcentrum
Een pianoconcert van Liszt
Een symfonie van Mahler
vertelt een verhaal
brengt mensen bij elkaar.
Uit klanken wordt een huis gebouwd
Ik mag er wonen.
Het is mijn huis.
Tussen de mensen
kom ik thuis bij mezelf.
Ik ken ze niet
maar de muziek weeft ons aaneen
zonder gevangen te raken in elkaar.
Ik ben vrij.
Vrij van alledaagse zorgen
Vrij van zware gedachten
laat ik me pakken door de muziek.
Van links in de zaal kijk ik op de toetsen
hoe de vingers gaan
wat ze teweegbrengen in mij.
God, wat mooi!
Bethlehem
Hier in deze voederbak
heb ik plaats gevonden
op Gods aarde
het kruis zal de plaats zijn
van mijn einde.
Mijn plaats is daar waar ‘geen plaats’ is
daar waar je het niet verwacht
Mijn plaats is daar,
waar toch plaats gevonden wordt
plaats voor wat niet kan
plaats voor wie niet zijn mag
omdat geen plaats wordt gegund.
Mijn plaats is daar
waar mensen mens worden
waar jij mens wordt
zoals je bedoeld bent
plaats vindt
Daar maak ik plaats
op aarde
voor God
voor mij
voor jou
|